donderdag 31 maart 2011

Vrede van Lausanne (1923)

De Vrede van Lausanne is een vredesverdrag uit 1923, waarmee de Grieks-Turkse Oorlog van 1921-1922 werd beëindigd en de grenzen van Turkije werden vastgesteld. Het verdrag werd op 24 juli gesloten in het Palais Rumine in Lausanne na vredesonderhandelingen die vanaf november 1922 hadden geduurd. De verdragspartijen waren Turkije enerzijds en Griekenland, Frankrijk, Groot-Brittannië, Italië, Japan, Roemenië en het Koninkrijk van Serviërs, Kroaten en Slovenen anderzijds. De voornaamste onderhandelaren waren Eleftherios Venizelos namens Griekenland, Lord George Curzon namens Groot-Brittannië en Ismet Pasja, de latere Inönü, namens Turkije.

Het Palais Rumine

Het verdrag verving de voor Turkije veel ongunstiger Vrede van Sèvres van 1920, die door de Turkse nationalisten niet geaccepteerd werd. Het betekende ook de erkenning van de Turkse regering van Mustafa Kemal, de latere Atatürk.

Mustafa Kemal Atatürk

De Vrede van Lausanne legde zowel in het westen als in het zuidoosten de grenzen van Turkije vast. Turkije herkreeg Oost-Thracië en İzmir en omgeving, die in Sèvres aan Griekenland waren toegewezen en in de Grieks-Turkse Oorlog op dat land waren veroverd. Cyprus kwam aan de Britten en de Dodekanesos aan de Italianen, die de respectievelijke eilanden al langere tijd bezet hadden. In het zuidoosten werd de thans nog geldende Turkse grens met het destijds Franse Syrië vastgelegd. De status van Mosoel (nu in Irak) was in het verdrag niet opgenomen.
Grenzen met de Vrede van Lausanne

De Vrede van Lausanne bezegelde het einde van de Griekse aanwezigheid in de stad İzmir (Smyrna) en de rest van het Klein-Aziatische van de Ionische kust. De Grieken waren daar duizenden jaren aanwezig maar werden nu "gerepatrieerd" naar een vaderland dat ze niet kenden. In ruil haalden de Turken hun volksgenoten weg uit de stad Saloniki en het in 1913 door Griekenland bevrijde Macedonië. Slechts de Griekse bevolking van Istanbul, die ten oosten van de stad Trabzon (Islamitische Pontische Grieken) en die van de Egeïsche eilanden Imbros en Tenedos, naar schatting 270.000 mensen, waren van de repatriëring gevrijwaard. Hetzelfde gold voor de islamitische bevolking van het door Griekenland bevrijde (westelijke) deel van Thracië, ongeveer 86.000 mensen. Met het verdrag van Lausanne werd de eerste etnische zuivering in de twintigste eeuw goedgekeurd.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten